groepenkast

Waar moet je aan denken als je een nieuwe groepenkast gaat aanschaffen?

Is jouw woning toe aan een nieuwe groepenkast? Zo gauw je je er in gaat verdiepen, kom je erachter dat er veel opties zijn en dat het niet zo makkelijk is als je in eerste instantie dacht. Zo moet je alle energie vanuit die groepenkast goed gaan verdelen en kun je een dergelijke kast helemaal zelf samenstellen. Je kunt echter ook voor een groepenkast abb gaan, dit merk heeft alle typen groepenkasten in huis die je maar voor mogelijk houdt. Kortom, er komt nogal wat kijken bij de aanschaf van een nieuwe groepenkast, of een uitbreiding van de bestaande. Gelukkig zijn wij er om je te helpen.

1 fasekast of 3 fasekast?

Het eerste dat je moet doen als je een nieuwe groepenkast gaat aanschaffen is bepalen of je een 1 fasekast of een 3 fasekast nodig hebt. Een 1 fasekast is de meest voorkomende en zal voor een gemiddeld huishouden meer dan genoeg zijn. Allen bij het gebruik van apparaten die veel stroom gebruiken en die samen met andere apparaten worden gebruikt, zul je een fase 3 kast moeten aanschaffen. Zo’n apparaat dat veel stroom verbruikt kan het oplaadpunt voor de elektrische auto zijn Aangezien steeds meer mensen zo’n punt bij hun huis hebben, is het belangrijk om hier rekening mee te houden. Als regel kun je hanteren dat als je apparaten gebruikt die meer dan 3600 watt verbruiken, dat je dan moet kiezen voor een 3 fasekast.

Het aantal groepen in moderne groepenkasten is hoger

Groepenkasten in oude huizen zijn meestal voorzien van 3 tot maximaal 6 groepen, maar bij nieuwbouw zijn 10 tot 12 groepen vaak ook normaal. Dit komt door het toenemende aantal elektrische apparaten in huis en dus de toenemende vraag naar vermogen. De meeste groepen zijn overigens 16 Ampère en achter elke aardlekschakelaar mogen maximaal 4 groepen geplaatst worden.

Tel het aantal lichtpunten en stopcontacten

Ben je van plan om een groepenkast te gaan samenstellen, tel dan eerst hoeveel lichtpunten en stopcontacten je in huis hebt en verdeel deze over het aantal groepen. Vervolgens kijk je hoeveel vermogen elk apparaat vraagt; deze informatie is te vinden op het apparaat zelf. Het totale vermogen van alle apparaten samen op één groep mag uiteindelijk niet meer zijn dan de maximale belasting per groep. Deze maximale belasting kan je berekenen door het aantal ampère van een groep (meestal 16 A) te vermenigvuldigen met 230 V.

Er is echter een belangrijke uitzondering: apparaten die een vermogen hebben van meer dan 2.000 watt, kun je het beste op een aparte groep aansluiten. Denk daarbij aan de wasmachine, de wasdroger, vaatwasser, combimagnetron of oven. Houd hier rekening mee bij het maken van je plan en het samenstellen van een nieuwe groepenkast.